, [], Whether the highest angel among those who sinned was the highest of all?
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [33]Gij waart een [34]gezalfde, [35]overdekkende [36]cherub; en Ik had u [alzo] [37]gezet; gij waart op [38]Gods heiligen berg; gij wandeldet in het midden der [39]vurige stenen. 33. Dat is, gij waart te vergelijken in uiterlijke kostelijkheid en heerlijkheid bij hetgeen op mijnen berg Zion in den tempel zeer kostelijk en heerlijk was; namelijk, de gouden cherubim en het priesterlijk gewaad. Dit past bekwamelijk op vs.14. Anderen duiden het op de cherubim, die het paradijs bewaarden, [omdat in het voorgaande van Eden en Gods hof gesproken is] met welke deze kohing als gezalfd, dat is, verordineerd en gesteld [gelijk volgt] tot een beschermer van zijn rijk is vergeleken. 34. Want hetgeen in den tabernakel was, werd gezalfd met de heilige olie; Ex.30:26, enz. 35. Te weten de ark, met zijne vleugelen, Ex.25:20. 36. Zie Gen.3:24. 37. Of, gemaakt; dat is, Ik had u met zulke heerlijkheid begaafd. 38. Hebreeuws, op den berg der heiligheid Gods; dat is als, of gelijk enz. Versta Zion. 39. Hebreeuws, stenen des vuurs; dat is, overal, waar gij op en neer gingt in uw paleis, blonk het van glinsterende kostelijke stenen: of, gij wandeldet in klederen, die daarmede versierd waren, en als vuurstralen van zich gaven; gelijk de hogepriester blonk met de gesteenten, die in den priesterlijken borstlap waren; Ex.28:15, enz.